Nog één keer benadrukken dat – en waarom – het nuttig en belangrijk is te weten waar de klemtoon in het Russisch valt. En hoe die wetenschap je helpt, bij zowel de spelling van het woord крокодил (krokodil) als de uitspraak van namen zoals Tolstoj.
De één een w met alleen rechte lijnen (net een E die omgevallen is), de ander hetzelfde met een staart of haak eraan. Of iets dergelijks. Niet alleen uiterlijk liggen ш en щ dicht bij elkaar, ook in klank. Zo dicht dat het onderscheid niet makkelijk te maken is.
Het vormen van de verleden tijd (прошедшее время) is in het Russisch heel eenvoudig. Misschien wel het eenvoudigste aspect van de hele Russische grammatica. Het aantal variaties is beperkt, en vervoegingen zijn niet ingewikkeld.